Turkse overheid kijkt ogen uit in Nederlandse rijschoolbranche

De opsplitsing van instituten als het CBR en het IBKI, de verplichte bijscholingen voor rijinstructeurs en het sociale rijgedrag van Nederlandse automobilisten; we gaan het misschien allemaal wel terugzien in Turkije. Een zware delegatie van het Turkse Ministerie van Onderwijs bracht afgelopen week een uitgebreid werkbezoek aan Nederland. Zij waren onder andere bij een presentatie van Wilbert van Beersum bij de Veldhovense Rij-instructeursopleiding (VRO) bovenmatig geïnteresseerd in exemplaren van alle lesmaterialen. 

De delegatie bestond uit tien Turken en twee Duitsers. Zij verbleven vijf dagen in Nederland en kregen presentaties over de Nederlandse rijschoolbranche bij onder meer initiatiefnemer Royal HaskoningDHV, toetsontwikkelaar Cito, het CBR en de VRO. Centraal hierbij stond de examinering van rijinstructeurs, maar ook projecten als 2toDrive en ontwikkelingen zoals rijsimulatoren kwamen aan bod.

Laatste moment

Niet veel langer dan een week voor het op donderdag geplande bezoek kreeg Van Beersum de vraag of hij een presentatie in elkaar wilde draaien voor het Turkse ministerie, dat zich onder andere bezighoudt met het onderwijzen van automobilisten en rijinstructeurs. “Ik doe dit omdat ik het leuk vind, niet omdat ik er iets mee verdien”, zo is de eigenaar van de VRO duidelijk. Keurig draaide hij een complete workshop in elkaar met uitleg over de training en de examinering van rijinstructeurs in Nederland, waarbij de Turkse delegatie eigen inzichten en ervaringen in konden brengen.

Dat gebeurde zodanig veel dat van de geplande presentatie weinig overbleef. “Maar dit heb ik veel liever dan wanneer ik twee uur tegen een muur sta te praten”, is Van Beersum na afloop tevreden. De Turken vinden de presentatie interessant, maar hun aandacht wordt nog meer getrokken door al het materiaal dat aan hen beschikbaar wordt gesteld met informatie over de opleidingen voor het rijbewijs en tot rijinstructeur, zelfs in het Turks vertaald.

Hoşgeldiniz

Hoşgeldiniz, ofwel; ‘welkom’. Er is maatwerk geleverd voor de Turkse politici, niet in de laatste plaats omdat de voorbereide presentatie uiteindelijk toch niet in het Engels, maar in het Nederlands met Turkse tolk werd gegeven. Reden: van het Engels werd eerder die week bijzonder weinig begrepen. Gelukkig voor de met de branche onbekende tolk had Van Beersum zelf een Turks-Nederlandse oud-leerling laten komen om het een en ander mee in goede banen te leiden.

Dat was nodig, omdat al snel bleek dat de meest basale inhoud van het Nederlandse systeem voor de opleiding van automobilisten en rijinstructeurs al pittig genoeg was voor de Turken om te verwerken. Zo werd lang niet begrepen wat nu het verschil was tussen het CBR en het IBKI. Vooral de Duitse delegatie begreep het niet goed. “Ik zou ook liever één instituut willen, maar zo is het nu eenmaal geregeld”, legt Van Beersum uit.

Turks IBKI

De introductie spreekt aan. In de dia’s waarin de agenda van de bijeenkomst wordt uitgelegd, schiet de ene vragende vinger na de andere al de lucht in. Doorlopende leerlijnen, competentiegericht onderwijs, verplichte bijscholingen; de Turken weten af en toe even niet waar ze het moeten zoeken.

Na een tijdje blijkt eigenlijk pas het doel van hun komst; in Turkije moet binnenkort een instituut gelijk aan het Nederlandse IBKI opgericht worden om rijinstructeurs en examinatoren te kwalificeren, en ze zijn bovenmatig geïnteresseerd in de wijze waarop dit in Nederland gebeurt. Wanneer Van Beersum uitlegt dat hij zojuist een ‘officieel beoordelingsdocument voor het examen van de rijinstructeur’ heeft uitgedeeld, verdwijnen de formulieren snel in de mapjes voor de vlucht naar huis.

Gezamenlijk opleiden

Het verschil tussen het CBR en het IBKI dringt lange tijd niet door. Er wordt niet begrepen waarom dit nu is opgesplitst. Van Beersum grijpt de kans aan om zijn eigen visie te geven. “Wat mij betreft volgen CBR-examinatoren en rijinstructeurs in beginsel dezelfde opleiding, als het gaat om het leren van de verkeersregels, verkeerstaak en Rijprocedure”, zo begint hij. “Daarna wordt er een opsplitsing gemaakt: instructeurs krijgen didactische vaardigheden aangeleerd zoals lesvoorbereiding, uitvoering, en evaluatie, terwijl examinatoren zich concentreren op observatie en beoordeling.”

Aan het eind van de opleiding zouden deze groepen dan na de stage weer samen komen, zo legt de rijinstructeur-opleider uit. “De instructeur in opleiding kan een les geven, terwijl de examinator de beoordeling volbrengt.” Wat de Turken en Duitsers opmerken, is het gebrek aan een instelling die de docenten van deze instructeurs en examinatoren opleidt. “Zo’n onafhankelijk instituut voor professionals is precies wat wij hier missen”, stemt Van Beersum in.

Gefrons

Er worden wenkbrauwen gefronst. Van Beersum heeft net de tot in de puntjes georganiseerde opleidingstrajecten van rijinstructeurs gepresenteerd, en legt dan uit dat er geen instantie is om toe te zien of deze opleiders hun werk wel goed uitoefenen. “Bij ons houdt het ministerie hier toezicht op”, legt een van de Turken uit. Van Beersum verklaart vervolgens de relatief kleine rol die het ministerie van Infrastructuur en Milieu hier heeft.

 “Ons ministerie is verantwoordelijk voor de verkeersveiligheid”, zo legt hij uit. “Zij schrijven voor wat er verbeterd moet worden, maar niet op welke manier.” Een van de Turken legt uit dat het Ministry of National Education bij hen juist denkt vanuit educatie in de breedste zin van het woord. “Er worden protocollen ontwikkeld om onderwijs te verzorgen, en deze worden vervolgens toegepast op alle sectoren, zoals de rijschoolbranche.”

Vanuit Duitse zijde wordt toegevoegd dat zij per staat een instantie hebben die de kwaliteit van rijscholen in ogenschouw houdt. “Wij zouden graag een systeem ontwikkelen waarin dit landelijk geregeld is”, zo stelt de Duitse professor, hopend op een overzichtelijke Nederlandse manier van werken. Van Beersum antwoordt: “Wij hebben in Nederland helemaal geen toezicht van de overheid op rijscholen.” De gefronsde blikken keren terug bij de luisteraars.

Animerende alcoholbril

Verbazing, enthousiasme en interesse blijven elkaar tijdens de bijeenkomst afwisselen. Van de mandatory refreshment courses (verplichte bijscholingen voor rijinstructeurs) hadden de aanwezigen werkelijk nog nooit gehoord. Van Beersum had een alcoholbril meegenomen die voor de nieuwste bijscholing wordt gebruikt, en daarmee werd de aandachtsboog een kwartier lang beperkt tot de wazigmakende bril.

“Meneer is nog nooit dronken geweest en wil het graag een keer meemaken”, zo vertaalt de tolk de woorden van de Turkse man, die ondertussen gemaskeerd door de bril een pen probeert op te pakken en de lachers op zijn hand krijgt. De woorden van de VRO-directeur over het vervallen van de lesbevoegdheid bij het niet volgen van de bijscholing, worden ondertussen nog wel naarstig genoteerd.

Sociale Nederlanders

Al ruim na de gestelde bijeenkomst-tijd blijven de discussies komen. De prijzen van alle opleidingen en bijscholingen worden genoteerd en Van Beersum blijft verwijzen naar de CD-rom vol lesmateriaal die voor iedereen is gemaakt en mee naar huis mag. “Dat is wellicht niet één op één over te nemen, maar wel te gebruiken als handvat om toe te passen op de Turkse situatie”, zo licht hij toe.

De Turken lijken echter eerder voornemens om het gehele Nederlandse systeem te kopiëren. “Wij zijn gefascineerd door het sociale rijgedrag van Nederlanders”, zo zegt een van hen. “Zoals bijvoorbeeld voetgangers altijd voor mogen gaan. Wij vragen ons af hoe we dat zelf ooit voor elkaar gaan krijgen.”

Daar lijkt het Nederlandse lesmateriaal een belangrijke rol in te gaan spelen. Het Ministerie krijgt de 60.000e editie van het ‘Praktijkboek Rijbewijs B’ uitgereikt door Van Beersum, auteur van het boek. Ook de instructiekaarten voor de opleiding tot rijinstructeur worden gortig in de tassen gestoken. De Turkse rijschoolbranche kan er binnenkort wel eens erg Nederlands uit gaan zien.

Lars Verpalen

Turkije, VRO, Wilbert van Beersum

20150730_114421

20150730_114454

20150730_121318

20150730_121326

Auteur: Lars Verpalen

2 reacties op “Turkse overheid kijkt ogen uit in Nederlandse rijschoolbranche”

Sjaak de Coninck|06.08.15|17:48

Dat kun je aan Wilbert wel overlaten. Super gedaan!

Rene de Haan|06.08.15|20:53

Hé Wilbert, de juiste man op de juiste plaats.

Reageer ook

Nog maximaal tekens

Log in via een van de volgende social media partners om je reactie achter te laten.

Turkse overheid kijkt ogen uit in Nederlandse rijschoolbranche | RijschoolPro

Turkse overheid kijkt ogen uit in Nederlandse rijschoolbranche

De opsplitsing van instituten als het CBR en het IBKI, de verplichte bijscholingen voor rijinstructeurs en het sociale rijgedrag van Nederlandse automobilisten; we gaan het misschien allemaal wel terugzien in Turkije. Een zware delegatie van het Turkse Ministerie van Onderwijs bracht afgelopen week een uitgebreid werkbezoek aan Nederland. Zij waren onder andere bij een presentatie van Wilbert van Beersum bij de Veldhovense Rij-instructeursopleiding (VRO) bovenmatig geïnteresseerd in exemplaren van alle lesmaterialen. 

De delegatie bestond uit tien Turken en twee Duitsers. Zij verbleven vijf dagen in Nederland en kregen presentaties over de Nederlandse rijschoolbranche bij onder meer initiatiefnemer Royal HaskoningDHV, toetsontwikkelaar Cito, het CBR en de VRO. Centraal hierbij stond de examinering van rijinstructeurs, maar ook projecten als 2toDrive en ontwikkelingen zoals rijsimulatoren kwamen aan bod.

Laatste moment

Niet veel langer dan een week voor het op donderdag geplande bezoek kreeg Van Beersum de vraag of hij een presentatie in elkaar wilde draaien voor het Turkse ministerie, dat zich onder andere bezighoudt met het onderwijzen van automobilisten en rijinstructeurs. “Ik doe dit omdat ik het leuk vind, niet omdat ik er iets mee verdien”, zo is de eigenaar van de VRO duidelijk. Keurig draaide hij een complete workshop in elkaar met uitleg over de training en de examinering van rijinstructeurs in Nederland, waarbij de Turkse delegatie eigen inzichten en ervaringen in konden brengen.

Dat gebeurde zodanig veel dat van de geplande presentatie weinig overbleef. “Maar dit heb ik veel liever dan wanneer ik twee uur tegen een muur sta te praten”, is Van Beersum na afloop tevreden. De Turken vinden de presentatie interessant, maar hun aandacht wordt nog meer getrokken door al het materiaal dat aan hen beschikbaar wordt gesteld met informatie over de opleidingen voor het rijbewijs en tot rijinstructeur, zelfs in het Turks vertaald.

Hoşgeldiniz

Hoşgeldiniz, ofwel; ‘welkom’. Er is maatwerk geleverd voor de Turkse politici, niet in de laatste plaats omdat de voorbereide presentatie uiteindelijk toch niet in het Engels, maar in het Nederlands met Turkse tolk werd gegeven. Reden: van het Engels werd eerder die week bijzonder weinig begrepen. Gelukkig voor de met de branche onbekende tolk had Van Beersum zelf een Turks-Nederlandse oud-leerling laten komen om het een en ander mee in goede banen te leiden.

Dat was nodig, omdat al snel bleek dat de meest basale inhoud van het Nederlandse systeem voor de opleiding van automobilisten en rijinstructeurs al pittig genoeg was voor de Turken om te verwerken. Zo werd lang niet begrepen wat nu het verschil was tussen het CBR en het IBKI. Vooral de Duitse delegatie begreep het niet goed. “Ik zou ook liever één instituut willen, maar zo is het nu eenmaal geregeld”, legt Van Beersum uit.

Turks IBKI

De introductie spreekt aan. In de dia’s waarin de agenda van de bijeenkomst wordt uitgelegd, schiet de ene vragende vinger na de andere al de lucht in. Doorlopende leerlijnen, competentiegericht onderwijs, verplichte bijscholingen; de Turken weten af en toe even niet waar ze het moeten zoeken.

Na een tijdje blijkt eigenlijk pas het doel van hun komst; in Turkije moet binnenkort een instituut gelijk aan het Nederlandse IBKI opgericht worden om rijinstructeurs en examinatoren te kwalificeren, en ze zijn bovenmatig geïnteresseerd in de wijze waarop dit in Nederland gebeurt. Wanneer Van Beersum uitlegt dat hij zojuist een ‘officieel beoordelingsdocument voor het examen van de rijinstructeur’ heeft uitgedeeld, verdwijnen de formulieren snel in de mapjes voor de vlucht naar huis.

Gezamenlijk opleiden

Het verschil tussen het CBR en het IBKI dringt lange tijd niet door. Er wordt niet begrepen waarom dit nu is opgesplitst. Van Beersum grijpt de kans aan om zijn eigen visie te geven. “Wat mij betreft volgen CBR-examinatoren en rijinstructeurs in beginsel dezelfde opleiding, als het gaat om het leren van de verkeersregels, verkeerstaak en Rijprocedure”, zo begint hij. “Daarna wordt er een opsplitsing gemaakt: instructeurs krijgen didactische vaardigheden aangeleerd zoals lesvoorbereiding, uitvoering, en evaluatie, terwijl examinatoren zich concentreren op observatie en beoordeling.”

Aan het eind van de opleiding zouden deze groepen dan na de stage weer samen komen, zo legt de rijinstructeur-opleider uit. “De instructeur in opleiding kan een les geven, terwijl de examinator de beoordeling volbrengt.” Wat de Turken en Duitsers opmerken, is het gebrek aan een instelling die de docenten van deze instructeurs en examinatoren opleidt. “Zo’n onafhankelijk instituut voor professionals is precies wat wij hier missen”, stemt Van Beersum in.

Gefrons

Er worden wenkbrauwen gefronst. Van Beersum heeft net de tot in de puntjes georganiseerde opleidingstrajecten van rijinstructeurs gepresenteerd, en legt dan uit dat er geen instantie is om toe te zien of deze opleiders hun werk wel goed uitoefenen. “Bij ons houdt het ministerie hier toezicht op”, legt een van de Turken uit. Van Beersum verklaart vervolgens de relatief kleine rol die het ministerie van Infrastructuur en Milieu hier heeft.

 “Ons ministerie is verantwoordelijk voor de verkeersveiligheid”, zo legt hij uit. “Zij schrijven voor wat er verbeterd moet worden, maar niet op welke manier.” Een van de Turken legt uit dat het Ministry of National Education bij hen juist denkt vanuit educatie in de breedste zin van het woord. “Er worden protocollen ontwikkeld om onderwijs te verzorgen, en deze worden vervolgens toegepast op alle sectoren, zoals de rijschoolbranche.”

Vanuit Duitse zijde wordt toegevoegd dat zij per staat een instantie hebben die de kwaliteit van rijscholen in ogenschouw houdt. “Wij zouden graag een systeem ontwikkelen waarin dit landelijk geregeld is”, zo stelt de Duitse professor, hopend op een overzichtelijke Nederlandse manier van werken. Van Beersum antwoordt: “Wij hebben in Nederland helemaal geen toezicht van de overheid op rijscholen.” De gefronsde blikken keren terug bij de luisteraars.

Animerende alcoholbril

Verbazing, enthousiasme en interesse blijven elkaar tijdens de bijeenkomst afwisselen. Van de mandatory refreshment courses (verplichte bijscholingen voor rijinstructeurs) hadden de aanwezigen werkelijk nog nooit gehoord. Van Beersum had een alcoholbril meegenomen die voor de nieuwste bijscholing wordt gebruikt, en daarmee werd de aandachtsboog een kwartier lang beperkt tot de wazigmakende bril.

“Meneer is nog nooit dronken geweest en wil het graag een keer meemaken”, zo vertaalt de tolk de woorden van de Turkse man, die ondertussen gemaskeerd door de bril een pen probeert op te pakken en de lachers op zijn hand krijgt. De woorden van de VRO-directeur over het vervallen van de lesbevoegdheid bij het niet volgen van de bijscholing, worden ondertussen nog wel naarstig genoteerd.

Sociale Nederlanders

Al ruim na de gestelde bijeenkomst-tijd blijven de discussies komen. De prijzen van alle opleidingen en bijscholingen worden genoteerd en Van Beersum blijft verwijzen naar de CD-rom vol lesmateriaal die voor iedereen is gemaakt en mee naar huis mag. “Dat is wellicht niet één op één over te nemen, maar wel te gebruiken als handvat om toe te passen op de Turkse situatie”, zo licht hij toe.

De Turken lijken echter eerder voornemens om het gehele Nederlandse systeem te kopiëren. “Wij zijn gefascineerd door het sociale rijgedrag van Nederlanders”, zo zegt een van hen. “Zoals bijvoorbeeld voetgangers altijd voor mogen gaan. Wij vragen ons af hoe we dat zelf ooit voor elkaar gaan krijgen.”

Daar lijkt het Nederlandse lesmateriaal een belangrijke rol in te gaan spelen. Het Ministerie krijgt de 60.000e editie van het ‘Praktijkboek Rijbewijs B’ uitgereikt door Van Beersum, auteur van het boek. Ook de instructiekaarten voor de opleiding tot rijinstructeur worden gortig in de tassen gestoken. De Turkse rijschoolbranche kan er binnenkort wel eens erg Nederlands uit gaan zien.

Lars Verpalen

Turkije, VRO, Wilbert van Beersum

20150730_114421

20150730_114454

20150730_121318

20150730_121326

Auteur: Lars Verpalen

2 reacties op “Turkse overheid kijkt ogen uit in Nederlandse rijschoolbranche”

Sjaak de Coninck|06.08.15|17:48

Dat kun je aan Wilbert wel overlaten. Super gedaan!

Rene de Haan|06.08.15|20:53

Hé Wilbert, de juiste man op de juiste plaats.

Reageer ook

Nog maximaal tekens

Log in via een van de volgende social media partners om je reactie achter te laten.