Hoewel het wettelijk niet verplicht is, houdt BOVAG vast aan een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) voor de rijinstructeurs en het BOVAG Garantiefonds (BGF). Zulke eisen voor de leden zijn gewaagd in een markt met veel concurrentie, schrijft Frank Hoornenborg, voorzitter van brancheorganisatie BOVAG Rijscholen, in zijn column op VerkeersPro.nl. 

COLUMN – Een eeuwenoud economisch principe is dat de kost voor de baat uitgaat. Bij BOVAG doen we doorgaans niet anders en alle activiteiten die we ontplooien en investeringen die we doen zijn uiteraard in dienst van de leden. Zo investeert de vereniging continu in de waarde van het merk en het logo dat u op uw pand en auto gebruikt.

Daarmee hebben we in de loop der jaren ervoor kunnen zorgen dat vrijwel elke Nederlander BOVAG kent. Het is echter ook zaak dat zoveel mogelijk mensen weten waar BOVAG voor staat en dat ook gegarandeerd wordt dat alle beloftes worden waargemaakt. Enerzijds wenden we ons daarvoor tot de overheid of andere instanties, in geval van benodigde aanpassingen in wet- en regelgeving. Anderzijds staat BOVAG -samen met u- zelf aan de lat voor de invulling van de kernwaarden.

Garantiefonds

Zoals het garantiefonds. Het BGF is naar onze mening een absolute voorwaarde om de consument 100 procent vertrouwen te bieden. Daarover hebben de afgelopen jaren vele gesprekken plaatsgevonden met alle belanghebbenden en uiteindelijk kregen de noodzakelijke vernieuwingen daadwerkelijk vorm.

Maar puntje bij paaltje bleek de schoen bij velen toch te wringen. En aangezien BOVAG een vereniging is, waarin de leden het dus voor het zeggen hebben, gaan we het nieuwe BGF nogmaals tegen het licht houden. Tot we daar een ei over hebben gelegd en zoveel mogelijk neuzen dezelfde kant op staan, blijft alles nog even bij het oude.

Verantwoordelijkheid

Als ouders hun kind al op jonge leeftijd laten deelnemen aan het gemotoriseerde verkeer, zijn wij van mening dat rijscholen en instructeurs daarvoor een grote verantwoordelijkheid dragen. Zij moeten zorgen voor een goede rijopleiding, zorgvuldig en betrouwbaar in de omgang met deze jongvolwassenen zijn en ervoor zorg dragen dat investeringen die ouders en leerlingen doen, gewaarborgd zijn.

Zie daar de basis van de BOVAG-eis voor de Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) en het garantiefonds. BOVAG-leden liepen hiermee voor de muziek uit. En dat is spannend in een markt met heel veel aanbieders en dus grote concurrentie. Soms wordt dat wellicht ook als niet helemaal eerlijk ervaren. Deels zijn dit echter eisen die nu ook door de minister van I&M in haar recente Kamerbrief omarmd worden. En wie weet straks dus voor de hele branche gelden.

Het BGF, de VOG voor instructeurs en het BOVAG-lidmaatschap zijn en blijven in elk geval ultieme instrumenten om u te onderscheiden in de markt.

Frank Hoornenborg, voorzitter BOVAG Rijscholen