alcoholslot, CBR, Tweede Kamer, kosten, herinvoering

CBR mag niet langer alcoholslotprogramma’s opleggen

Het alcoholslot

Het CBR mag niet langer alcoholslotprogramma’s opleggen aan automobilisten die te veel gedronken hebben. Het programma leidt in de praktijk tot ‘ongelijkheid en willekeur’, omdat de gevolgen voor de een veel ernstiger zijn dan voor de ander. Dat heeft de Raad van State woensdag bepaald. “Het CBR moet een alcoholslotprogramma opleggen als aan de voorwaarden van de regeling wordt voldaan, zonder dat het daarbij rekening mag houden met de persoonlijke omstandigheden van de bestuurder”, zo valt in de uitspraak te lezen.

Volgens de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft de minister van Infrastructuur en Milieu bij het opstellen van de regeling de mogelijke ingrijpende gevolgen van de opleggen die zich in de praktijk regelmatig voordoen, niet voldoende afgewogen. “Het CBR moet een alcoholslotprogramma opleggen als aan de voorwaarden van de regeling wordt voldaan. Maar de regeling geeft het CBR niet de ruimte om een individuele afweging te maken wanneer het alcoholslotprogramma in een concreet geval ingrijpende gevolgen heeft.”

Alcoholslot

De Raad van State onderkent dat een regeling als het alcoholslot kan bijdragen aan het terugdringen van het aantal verkeersslachtoffers door alcohol. “Het is echter aan de minister of aan de wetgever om te beoordelen in welke gevallen het alcoholslotprogramma aanvaardbaar is.” In de uitspraak van de Raad van State worden enkele mogelijke aanpassingen genoemd, zoals verlaging van de kosten van een alcoholslotprogramma. Het alcoholslotprogramma kan in de toekomst dus weer worden ingevoerd, maar daarvoor moeten aanpassingen in de wet worden gedaan.

De Afdeling bestuursrechtspraak laat weten zich ervan bewust  te zijn dat zij de regeling in eerdere uitspraken wel verbindend heeft geacht. “Maar uit het toenemend aantal zaken dat in de loop der tijd is voorgelegd, blijkt dat het niet slechts gaat om incidentele gevallen, maar dat de onevenredigheid van het alcoholslotprogramma een structureel karakter heeft.”

Uitspraak

De uitspraak betekent overigens niet dat eerdere uitspraken waarin het alcoholslotprogramma in stand is gelaten, teruggedraaid moeten worden, zo wordt aangegeven. Ook het CBR is niet verplicht alle onherroepelijke alcoholslotprogramma’s opnieuw te bekijken, aldus de Afdeling bestuursrechtspraak.

Dinsdag was het alcoholslotprogramma ook onderwerp bij de Hoge Raad. Een automobilist die deelneemt aan het alcoholslotprogramma vanwege rijden onder invloed, mag daarnaast niet ook nog strafrechtelijk voor datzelfde feit worden vervolgd, zo werd bepaald. Dit omdat een alcoholslot én vervolging als een dubbele bestraffing kan worden gezien en dat mag wettelijk gezien niet. “Als de minister een nieuwe regeling voor het alcoholslotprogramma wil opstellen, zal ook de samenloop met het strafrecht daarbij moeten worden betrokken”, zo wordt nu door de Raad van State aangegeven.

Alcoholslot

Deelname aan het alcoholslotprogramma wordt opgelegd aan bestuurders die bij controle een hoger alcoholgehalte in de adem of het bloed hebben dan toegestaan is. Met de inbouw van het alcoholslot gaat 4 tot 5.000 euro gemoeid en het gebeurt op kosten van de automobilist. Deze moet het oude rijbewijs inleveren en krijgt een nieuw gecodeerd rijbewijs, waarmee twee jaar lang alleen in een auto met een alcoholslot gereden kan worden.

Het alternatief is vijf jaar lang geen voertuig meer besturen waar een rijbewijs voor nodig is, met uitzondering van een bromfiets en brommobiel.

Roosmarijn Dierick

Auteur: Roosmarijn Dierick

Reageer ook

Nog maximaal tekens

Log in via een van de volgende social media partners om je reactie achter te laten.

CBR mag niet langer alcoholslotprogramma’s opleggen | RijschoolPro
alcoholslot, CBR, Tweede Kamer, kosten, herinvoering

CBR mag niet langer alcoholslotprogramma’s opleggen

Het alcoholslot

Het CBR mag niet langer alcoholslotprogramma’s opleggen aan automobilisten die te veel gedronken hebben. Het programma leidt in de praktijk tot ‘ongelijkheid en willekeur’, omdat de gevolgen voor de een veel ernstiger zijn dan voor de ander. Dat heeft de Raad van State woensdag bepaald. “Het CBR moet een alcoholslotprogramma opleggen als aan de voorwaarden van de regeling wordt voldaan, zonder dat het daarbij rekening mag houden met de persoonlijke omstandigheden van de bestuurder”, zo valt in de uitspraak te lezen.

Volgens de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft de minister van Infrastructuur en Milieu bij het opstellen van de regeling de mogelijke ingrijpende gevolgen van de opleggen die zich in de praktijk regelmatig voordoen, niet voldoende afgewogen. “Het CBR moet een alcoholslotprogramma opleggen als aan de voorwaarden van de regeling wordt voldaan. Maar de regeling geeft het CBR niet de ruimte om een individuele afweging te maken wanneer het alcoholslotprogramma in een concreet geval ingrijpende gevolgen heeft.”

Alcoholslot

De Raad van State onderkent dat een regeling als het alcoholslot kan bijdragen aan het terugdringen van het aantal verkeersslachtoffers door alcohol. “Het is echter aan de minister of aan de wetgever om te beoordelen in welke gevallen het alcoholslotprogramma aanvaardbaar is.” In de uitspraak van de Raad van State worden enkele mogelijke aanpassingen genoemd, zoals verlaging van de kosten van een alcoholslotprogramma. Het alcoholslotprogramma kan in de toekomst dus weer worden ingevoerd, maar daarvoor moeten aanpassingen in de wet worden gedaan.

De Afdeling bestuursrechtspraak laat weten zich ervan bewust  te zijn dat zij de regeling in eerdere uitspraken wel verbindend heeft geacht. “Maar uit het toenemend aantal zaken dat in de loop der tijd is voorgelegd, blijkt dat het niet slechts gaat om incidentele gevallen, maar dat de onevenredigheid van het alcoholslotprogramma een structureel karakter heeft.”

Uitspraak

De uitspraak betekent overigens niet dat eerdere uitspraken waarin het alcoholslotprogramma in stand is gelaten, teruggedraaid moeten worden, zo wordt aangegeven. Ook het CBR is niet verplicht alle onherroepelijke alcoholslotprogramma’s opnieuw te bekijken, aldus de Afdeling bestuursrechtspraak.

Dinsdag was het alcoholslotprogramma ook onderwerp bij de Hoge Raad. Een automobilist die deelneemt aan het alcoholslotprogramma vanwege rijden onder invloed, mag daarnaast niet ook nog strafrechtelijk voor datzelfde feit worden vervolgd, zo werd bepaald. Dit omdat een alcoholslot én vervolging als een dubbele bestraffing kan worden gezien en dat mag wettelijk gezien niet. “Als de minister een nieuwe regeling voor het alcoholslotprogramma wil opstellen, zal ook de samenloop met het strafrecht daarbij moeten worden betrokken”, zo wordt nu door de Raad van State aangegeven.

Alcoholslot

Deelname aan het alcoholslotprogramma wordt opgelegd aan bestuurders die bij controle een hoger alcoholgehalte in de adem of het bloed hebben dan toegestaan is. Met de inbouw van het alcoholslot gaat 4 tot 5.000 euro gemoeid en het gebeurt op kosten van de automobilist. Deze moet het oude rijbewijs inleveren en krijgt een nieuw gecodeerd rijbewijs, waarmee twee jaar lang alleen in een auto met een alcoholslot gereden kan worden.

Het alternatief is vijf jaar lang geen voertuig meer besturen waar een rijbewijs voor nodig is, met uitzondering van een bromfiets en brommobiel.

Roosmarijn Dierick

Auteur: Roosmarijn Dierick

Reageer ook

Nog maximaal tekens

Log in via een van de volgende social media partners om je reactie achter te laten.