‘Lijkt een leerling moeilijk, ligt dat vaak aan de instructeur’
Een andere manier van communiceren tussen rijinstructeur en leerling kan tot verrassende effecten leiden. Dat was de boodschap van Sjaak de Coninck tijdens de trainingsdagen ‘NLP en Verkeersangst’. Met gemakkelijk toe te passen technieken als het gebruik van beeldspraak en ‘volgen en leiden’, kan volgens de trainer een spoor van verandering worden aangebracht. “Vaak is het zo dat als iemand zegt ‘Ik heb een moeilijke leerling’, diegene niet de handvatten heeft om met die leerling om te gaan. Daarom noemt hij hem moeilijk.”
De VerkeersPro Academy trapte vorige week af met de trainingen van NLP-trainer Sjaak de Coninck. Hij bracht rijinstructeurs uit het hele land in één dag de beginselen bij van het werken met Neurolinguïstisch programmeren (NLP) en verkeersangst. Met die eerste kennismaking kregen de instructeurs een voorproefje op de volledige eenjarige opleiding tot Rijinstructeur+. De Coninck: “Je leert nadenken over je eigen manier van communiceren en gaat daarbij denken in mogelijkheden. Want op welke manier kun je beter contact maken met de leerling?”
NLP
Door middel van Neurolinguïstisch programmeren kan het brein op een positieve manier worden beïnvloed. “Een verkeersangstige cliënt bijvoorbeeld kan met NLP anders leren denken. En om er als instructeur achter te komen wat er in het hoofd van die persoon omgaat, stel je vragen. “Dingen uit het onderbewuste worden op die manier even bewust gemaakt. Er worden andere betekenissen en andere woorden aan gegeven, waardoor nieuwe mogelijkheden ontstaan. Het brein is dan als het ware opnieuw geprogrammeerd”, zo stelt De Coninck.
Er zijn verschillende technieken om de personen met verkeersangst rustig te laten worden. “Het brein heeft bijvoorbeeld geen besef van verleden, heden en toekomst. Zo kun je gedachten beïnvloeden door terug te gaan naar een ontspannen moment. Als uit een gesprek met een cliënt blijkt dat hij zich fietsend door het verkeer wel goed voelt, dan gaan we tijdens het rijden terug naar dat moment. Het hoofd heeft toch niet door dat dat een moment uit het verleden is.”
Angst
Verkeersangst bestaat over het algemeen uit twee soorten angst: de angst om geen controle te hebben en de angst om de controle kwijt te raken. “We leren je op welke manier je het beste met angsten om kunt gaan. Want zeggen dat angst hebben niet nodig is, heeft absoluut geen zin. Als iemand zegt dat hij bang is voor zúlke grote spinnen, dan is hij daar ook echt bang voor. Ook al zul je ze van dat formaat in werkelijkheid nooit tegenkomen. Zodra je gaat vertellen dat bang zijn niet nodig is, dan voelt diegene zich niet gehoord.”
Ook het aansporen van verkeersangstigen door als instructeur tijdens het rijden bijvoorbeeld steeds wat extra gas te geven, is volgens de trainer geen tactische zet. “Je haalt op die manier de controle bij diegene weg. En dat is juist waar hij zo bang voor is.”
Praten
Bij NLP, door de trainer ook wel Nieuw Leren Praten genoemd, wordt veel gebruik gemaakt van beeldspraak. Een praktisch voorbeeld: “Als iemand van angst pijn in zijn buik heeft, kun je wel zeggen dat dat niet nodig is, maar dat werkt dus niet. Je kunt het op een hele andere manier benaderen en de vraag stellen: Stel dat ik jouw pijn kon zien, wat zie ik dan?” Je praat dan in beeldspraak over dat gevoel.
Op de antwoorden die je krijgt, speel je vervolgens in. “Blijkt de pijn bijvoorbeeld de vorm van een steen te hebben, dan wil je weten of hij zwaar of licht is. Ruw of glad. En als je cliënt hem van een afstandje bekijkt, wat valt hem dan op?” Het kan inzichten opleveren die de cliënt verder kan helpen. En die andere manier van benaderen is iets wat de verkeersangstige niet verwacht. “Vaak verandert er dan ook wat aan die buikpijn. Die wordt minder of is weg”, aldus de trainer.
Leerling
Door middel van verschillende oefeningen werd tijdens de trainingen ervaring opgedaan met anders leren denken en het toepassen van de handreikingen in de praktijk. “Wat houdt je bijvoorbeeld tegen om meteen bij een eerste rijles de vraag te stellen: Stel je kijkt nu tevreden terug op deze les, wat maakt dan dat je zo tevreden bent? Wat heb je dan geleerd? Je krijgt dan meteen een ander gesprek, want het gaat dan echt over de leerling. Door die vraagstelling wordt hij immers intern gemotiveerd. Het gaat om zijn ‘ik’.”
Ook wanneer de cliënt niet zegt te weten wanneer hij tevreden is, kan er door middel van NLP doorgevraagd worden. “Je hebt kans dat hij tegen je zegt: Ik ben tevreden als jij dat ook bent. Daar is geen goed of fout aan, maar het is wel een stukje informatie dat je krijgt. Vervolgens kun je de vraag weer bij de leerling leggen: Wat zou jij vandaag kunnen doen waar ik tevreden van word? En: Waaraan zul je merken dat je dit straks geleerd hebt?”
Volgen en leiden
De opleiding tot Rijinstructeur+ bestaat uit 19 lesdagen. Aan het einde van de rit volgt een examen. “Het mooie is dat je gedurende je opleiding met je eigen leerlingen kunt oefenen, zonder dat ze weten dat je dat aan het doen bent. Die gereedschapskoffer met gemakkelijk toe te passen technieken die je van ons meekrijgt, kun je dus steeds opnieuw openmaken om te zien wat er gebeurt.”
Een van de technieken die in NLP kan worden toegepast is ‘volgen en leiden’. Het is een techniek waarbij je de leerling eerst volgt in zijn gedrag en dus in zijn pas gaat lopen. Je gaat bijvoorbeeld net zo druk doen of juist heel rustig, afhankelijk van de cliënt. De meeste mensen vinden dat prettig, maar juist op dát moment ga je je pas veranderen. Het bijzondere is dat de ander jou dan vervolgens volgt.”
Resultaat
Volgens de trainer kan deze techniek heel snel resultaat opleveren. “Denk bijvoorbeeld aan een ADHD’er. Die komt stuiterend binnen, maar ‘doe eens rustig’ zeggen, heeft dan écht geen zin. Als ik zelf ook ga stuiteren, heeft hij het gevoel dat er eindelijk iemand is die hem begrijpt.” Juist op dat moment ga je als instructeur heel rustig doen.
De Coninck: “Dan vraag ik: Stel je nou eens voor wat je zou doen als je geen ADHD meer zou hebben. Wat zou je dan doen? Daar hebben we het dan over. Het schept de mogelijkheid om over ander gedrag na te denken. Als ik vervolgens zeg dat hij nú weer druk mag doen, dan gaat dat echt niet meer gebeuren ” Als je niet op dezelfde golflengte zit, dan lijken het net een Fransman en een Duitser die met elkaar willen spreken: ze begrijpen elkaar niet.”
Communicatie
Het gaat er daarbij ook om dat je je aan kunt sluiten bij de manier waarop een specifieke leerling denkt en zijn gedachten verwoordt. “Je kunt er eens op letten: praat een leerling op het moment van bijvoorbeeld situatiebevraging in de tegenwoordige of in de verleden tijd? En jijzelf? Als je eenmaal weet dat je leerling veel in de verleden tijd praat, dan kun je je eigen manier van vragen daarop aanpassen. Zo’n schijnbaar kleine aanpassing maakt voor de leerling een groot verschil.”
Gedurende de opleiding wordt aan die communicatie tussen instructeur en cliënt veel aandacht besteed. “Want als je op twee verschillende manieren communiceert, creeër je onnodige hobbels en kom je weer bij dat verhaal van die Fransman en die Duitser en gaat het mis”, aldus Sjaak de Coninck.
Voor meer informatie en inschrijven voor de opleiding tot Rijinstructeur+: www.dctm.nl
Roosmarijn Dierick
Dat loop ik al 8 jaar te verkondigen, daar heb ik geen extra opleiding voor nodig, ik zou alleen niet weten dat aan andere instructeurs uit te leggen dus dat vind ik dan weer knap als je dat kan…..
Sjoerd Balfoort
In hypnose wordt eenzelfde techniek toegepast namelijk autosuggestie.
je hebt veel soorten leerlingen, wat voor de een werkt, werkt niet voor de ander
en beeldspraak ja leuk niet iedere allochtone leerling begrijpt
Nederlandse beeldspraak.
dus heb ik wel iets aan de mening van de Coninck … ?
O ja? Gerrit? Heb je heel veel verschillende leerlingen? Als je van mening bent dat “wat voor de ene werkt, werkt niet voor de andere” Zou ik me toch maar hier meer in verdiepen. Het ligt dan meer aan jou eigen referentiekader van je eigen lesstijl. Daarnaast is het zo dat je Sjaak loopt te veroordelen zonder dat je de inhoud kent en niet wil leren kennen.
Helemaal met je eens Gerrit!