Hoe reizigers het openbaar vervoer ervaren, valt of staat met de manier waarop een chauffeur zijn rol uitvoert. Voor reizigers met een beperking vergt dat soms zelfs extra vaardigheden voor een buschauffeur. Om die reden ontwikkelde VekaBest in samenwerking met Toegankelijk Zwolle een nascholingscursus die inzicht geeft in de belemmeringen waar deze passagiers mee te maken krijgen.

“Het gaat voornamelijk om de juiste bejegening”, zegt Joyce Bos van VekaBest, “dat is het belangrijkste wat een chauffeur uit de nascholing mee kan nemen. In de cursus is daarom veel aandacht voor wat de drempels zijn voor mensen met een beperking. Maar ook welke beperkingen er precies zijn. Mensen denken namelijk vaak alleen aan passagiers in een rolstoel of met een blindengeleidehond, maar ook mensen met autisme, epilepsie of dementie vallen onder deze doelgroep. En dat kan voor buschauffeurs best een uitdaging zijn.” Door middel van de cursus hoopt VekaBest dan ook het verschil te kunnen maken en er samen voor te zorgen dat het openbaar vervoer voor iedereen toegankelijk wordt.

Dat is ook precies het streven van Toegankelijk Zwolle, een groep van 38 ervaringsdeskundigen in de leeftijd van 19 tot en met 71 jaar. In samenwerking met VekaBest heeft de projectgroep gekeken naar wat een buschauffeur kan doen om aan de behoefte van mensen met een beperking te voldoen. Soms zit hem dat in de kleine dingen, vindt projectleider Petra van Duin. “Ik kan me bijvoorbeeld voorstellen dat het voor een buschauffeur vervelend is om de hele dag dezelfde bushaltes aan te horen, maar voor iemand die visueel gehandicapt is – dus blind of slechtziend – is het essentieel dat deze haltes worden omgeroepen. Die is daarvan afhankelijk. De keuze van de buschauffeur om voor zichzelf te kiezen, brengt nadelen voor een ander. Dat is een stukje bewustwording.”

Wederzijds begrip

Maar wat volgens Bos het meest belangrijk is, is dat in de nascholing iedereen in zijn waarde wordt gelaten. “Het is niet bedoeld om buschauffeurs een draai om de oren te geven. Dus niet ‘jullie doen het niet goed’, maar ‘hoe maken we het samen beter?’ Ook de buschauffeurs moeten op een juiste manier bejegend worden.”

Van Duin sluit zich hierbij aan. “De druk die de buschauffeur ervaart, leidt er soms toe dat hij – logisch – weinig of geen tijd heeft om passagiers te helpen. Maar het gesprek hierover aangaan, helpt al. Daarom zeggen wij altijd: laten we samenwerken en het beter maken, in plaats van alleen maar negativiteit opzoeken.”

Lees ook:

• Achter de schermen bij VekaBest: de ontwikkeling van e-learnings voor hulpdiensten
• Nieuw theorie-examen bus per 1 juli
• Aantal mensen met busrijbewijs sterk gedaald