‘Rijscholen krijgen veel te lage tarieven voor opleiden mbo’ers’

Rijscholen leiden tegen veel te lage prijzen BBL-leerlingen op voor het beroepsvervoer. Het Sectorinstituut Transport en Logistiek hanteert dusdanig lage tarieven dat de kwaliteit van de opleiding in het geding komt. Dat stelt rijschoolhouder Willem Verboon die jarenlang heeft meegedaan met het project van het Sectorinstituut, waarbij duizenden mbo’ers worden opgeleid. “Een rijles in de vrachtauto voor 41 euro per uur: waar zijn we mee bezig?” 

Het Sectorinstituut Transport en Logistiek (STL) biedt rijscholen de mogelijkheid zich aan te melden als opleider voor BBL-leerlingen die chauffeur wegvervoer willen worden. De overeenkomst heeft de duur van twee jaar met de mogelijkheid tot verlenging van één jaar. Sinds 1 januari 2018 is STL een nieuwe overeenkomst aangegaan met negentien grote rijscholen verspreid over Nederland. In totaal hadden 37 opleiders zich ingeschreven.

Punten scoren met korting

De opleiders worden geselecteerd door middel van een offerteprocedure. De rijscholen dienen een plan van aanpak in over een aantal vastgestelde onderwerpen waar de opleider aan moet voldoen. Met dit plan van aanpak kunnen ze maximaal 70 punten scoren. Hierbij zal niemand het minimum of het maximum aantal punten scoren, vertelt Willem Verboon, eigenaar van de gelijknamige rijschool uit Oosterhout. “De overgrote meerderheid zal uitkomen op 35 tot 60 punten.”

Door het geven van korting van maximaal 25 procent kunnen de rijscholen nog eens maximaal 30 punten behalen. “Als een opleider dan een slechte score heeft omdat hij niet aan bepaalde kwaliteitseisen voldoet en wel de maximale korting geeft, heeft hij nog steeds de meeste punten waardoor hij ook de offerteprocedure wint. Is dan de kwaliteit het belangrijkste of de prijs?”

Vaste prijzen

De maximale prijzen voor de opleidingen staan vast. Zo mogen de rijscholen maximaal 41 euro vragen voor een rijles in de personenauto, zonder korting. Wanneer een leerling wordt opgeleid voor de C-categorie, ligt de maximumprijs per uur op 55 euro. Geeft een rijschoolhouder 25 procent korting, dan komt het uurtarief dus uit op 41,25 euro.

Meerdere rijschoolhouders lieten aan RijschoolPro weten niet mee te willen gaan in tarieven van STL. “Deze tarieven zijn al van toepassing sinds 2012 en als het huidige contract weer drie jaar doorloopt, gelden ze tot en met 31 december 2020”, zegt Verboon. “Zijn dit goede vooruitzichten voor de branche terwijl de economie bloeit?”

‘Kijk in de spiegel’

Verboon heeft zes jaar lang BBL-leerlingen opgeleid via STL. Ook voor deze recente ronde heeft hij zich ingeschreven, zonder korting te geven op de lesprijs. “Tegen mijn collega’s zeg ik: kijk eens in de spiegel. Waar zijn we mee bezig?” De lesprijs voor vrachtauto ligt normaal gesproken rond de 70 euro bij Verboon. “STL vraagt om kwaliteit, hoe kun je die waarmaken met deze tarieven?”

Verboon geeft toe dat hij nu in een luxepositie zit waardoor hij STL niet nodig heeft met deze lage tarieven. “We hebben het niet altijd even druk gehad, met name in de crisistijd.” Dat hij de opdracht niet gegund kreeg, heeft weinig gevolgen voor zijn bedrijf. “Nu het economisch beter gaat, kun je ook kiezen voor goede opdrachtgevers. Het kost ons geen enkele moeite om deze te vinden.” STL hoort wat hem betreft niet in het rijtje opdrachtgevers die ‘normale’ tarieven betalen. “Bij een gezonde branche horen gezonde lesprijzen.”

Alternatief

Kunnen de rijscholen dan niet de koppen bij elkaar steken en de aanbesteding van het Sectorinstituut boycotten? “Dat zou mooi zijn, maar het zal nooit gebeuren”, antwoordt Verboon. “Er zijn altijd rijscholen die toch meegaan in de tarieven van STL. Ik vraag me dan af: gun je een ander het verlies niet? Wil je zelf het verlies pakken?”

Volgens de ondernemer is een dergelijke procedure niet eens nodig. “Laat een leerling of bedrijf zelf kiezen bij wie ze de opleiding willen volgen. Bijna alle opleiders die beroepsopleidingen verzorgen, hebben een certificering van KIWA, waardoor ze aan de kwalitieitseisen van SOOB/STL voldoen” Bovendien begrijpt hij de motivatie van STL niet om met kortingspercentages te werken. “Ze hebben geen winstoogmerk. Waar blijft dan de opbrengst van die korting? Waar gaat dit geld naartoe?”

‘Vaste basis’

Toch staan niet alle rijscholen negatief tegenover de aanbesteding. Verkeersschool Tilstra uit Friesland is een van de negentien deelnemende rijscholen. “Deze opdracht geeft ons een basis aan klanten, die je later ook weer terugziet”, vertelt Peter Smit, manager opleidingen bij Tilstra. “Bovendien geeft het ons allerlei ingangen, zowel bij transportbedrijven als bij scholen.” Volgens Smit is de rijschool niet afhankelijk van STL. “Nu niet, want het is hyperdruk, maar ik heb ook geen glazen bol. Je weet niet hoe de situatie over twee, drie jaar is.”

Smit ziet ook dat de tarieven van STL lager liggen dan hun normale lesprijzen. “Anderzijds hoeven we voor deze groep leerlingen geen acquisitie te doen, wat ook weer kosten bespaart.” De Friese rijschool heeft ‘wel wat korting’ berekend. “Achteraf bleek overigens dat we de opdracht ook hadden gekregen als we dat niet hadden gedaan.”

Gunningscriteria

In de gunningscriteria van STL staat dat de beoordelingscommissie in het kader van objectiviteit eerst de
kwaliteit per offerte beoordeelt, voordat de commissie naar de kortingspercentages kijkt. Op de vraag waarom er met kortingspercentages wordt gewerkt, antwoordt STL: “Het Sectorinstituut Transport en Logistiek wenst opleiders te selecteren met de beste prijs-kwaliteitverhouding. In onze procedure gaan we uit van een maximale prijs en zijn opleiders vrij om wel of geen korting aan te bieden.”

STL wil niet aangeven welke kortingspercentages de rijscholen hebben gehanteerd. “Dit betreft vertrouwelijke informatie die wij niet beschikbaar stellen.” Ook reageert STL op de vraag van Verboon waar de opbrengst van de korting blijft: “Bij de bepaling van de hoogte van de prijzen, die wij in rekening brengen aan de BBL’ers, houden wij rekening met de kortingen. Als sprake is van winst, dan worden daar weer andere activiteiten mee gefinancierd.”

Het Sectorinstituut is het niet eens met de stelling van Verboon dat de kwaliteit in het geding komt door de lage tarieven. “Wij zijn tevreden over de kwaliteit van de dienstverlening van de nieuwe groep van verkeersscholen. Overigens ook van de groep van verkeersscholen die in de jaren 2015-2017 de dienstverlening verzorgde.”

Grondig voorbereid

Het Sectorinstituut Transport en Logistiek zorgt voor instroom van personeel in de sector. Het instituut is opgericht door werkgevers- en werknemersorganisaties: Transport en Logistiek Nederland (TLN), Vereniging Verticaal Transport (VVT) en de vakbonden FNV Transport en Logistiek en CNV Vakmensen.

Het is de derde keer dat deze offerteprocedure wordt uitgevoerd door STL. “De procedure wordt steeds grondig voorbereid”, laat het Sectorinstituut weten. “Daarbij maken we gebruik van marktonderzoek en de ervaringen die wij hebben met de uitvoering van de rijopleidingen voor BBL’ers, door de op dat moment actieve groep van BBL-opleiders.”

Lees ook: Rijscholen kunnen zich aanmelden als opleider BBL-leerlingen

Auteur: Nadine Kieboom

Nadine Kieboom is de vaste journalist van RijschoolPro.nl

Reageer ook

Nog maximaal tekens

Log in via een van de volgende social media partners om je reactie achter te laten.

‘Rijscholen krijgen veel te lage tarieven voor opleiden mbo’ers’ | RijschoolPro